BEGRAAFPLAATSEN ALS ENTERTAINMENT
{VPRO Gids, 24 april, 2004}
In de toeristenwinkels langs Hollywood Boulevard, bij het pretpark van de Universal Studio’s of op het strand van Venice Beach, overal waar in Los Angeles toeristen samenkomen, worden ze verkocht: de plattegronden die fans de weg moeten wijzen naar de “Homes of the Stars”. Maar wie de moeite neemt daadwerkelijk de huizen van filmsterren te bezoeken, komt gegarandeerd voor een teleurstelling te staan. De villa’s zijn verborgen achter indrukwekkende bossages of manshoge muren, laat staan dat je er ooit een beroemdheid kunt gadeslaan. Nee, als je in Los Angeles in de nabijheid van een Hollywoodster wilt verkeren, kun je maar het best wachten tot hij doodgaat. Naast de obligate Homes of the Stars kaarten worden er in L.A ook her en der ‘Graves of the Stars’ plattegronden verkocht. Verspreid over heel Los Angeles liggen begraafplaatsen waar je de laatste rustplaats van beroemdheden kunt bezoeken. En Los Angeles zou Los Angeles niet zijn als die begraafplaatsen niet de nodige entertainment value zou zijn meegegeven.
De oudste en bekendste begraafplaats van Hollywood is het Hollywood Forever Cemetery – voorheen het Hollywood Memorial Park – dat zich heel toepasselijk tegen de beroemde Paramount Studio’s aanvlijt. Het kerkhof staat bekend als de plaats waar de meeste beroemdheden op één plek bij elkaar liggen. Hier vind je de graven van grootheden uit de vroege filmgeschiedenis als Rudolph Valentino, Douglas Fairbanks, Peter Lorre, Cecil B. DeMille, Edward G. Robinson, Mel Blanc, John Huston en Jayne Mansfield. Tot enige jaren geleden verkeerde de begraafplaats in abominabele staat. Grafzerken waren omgevallen en met onkruid overgroeid. Gebouwen stonden letterlijk op instorten: tijdens de crematie van Mama Cass Elliot, de corpulente leadzangeres van de band The Mama’s and the Papa’s, begaf de oven het onder haar gewicht. Zo slecht was het kerkhof er aan toe dat nabestaanden overledenen lieten opgraven en elders een laatste rustplaats zochten. Op een gegeven moment werden er meer overblijfselen uit Hollywood Memorial Park weggehaald dan er nieuwe graven bij kwamen.
Tot vijf jaar geleden de broers Brent en Tyler Cassity hun oog op de begraafplaats lieten vallen. Voor een appel en een ei kochten – in de Verenigde Staten zijn veel begraafplaatsen in particuliere handen – ze het terrein en bliezen de rustplaats nieuw leven in. Gebouwen werden hersteld, grafstenen rechtgezet en het bijbehorende crematorium heropend. Beide broers zijn begin dertig. Tyler is homoseksueel. Twee broers in Los Angeles met een frisse blik op de death care industry: als dat allemaal bekend voorkomt, kan dat kloppen. De broers vormden de inspiratie voor de televisieserie Six Feet Under, waaraan Tyler tevens als adviseur is verbonden. Tyler lijkt zelfs wel een beetje op David Fisher uit de serie. “Aan het begin dacht ik: dat ben ik,” vertelt Cassity. “Davids karakter, zijn manier van praten en doen, het was allemaal een te herkenbaar.” Cassity, die ooit schrijver wilde worden, was zelfs een beetje jaloers. “Ik dacht: ‘he wacht even, dat is mijn materiaal. Ik gebruik het nu niet, maar wie weet wil ik hier ooit nog eens over schrijven.’ Ik voelde me ook in mijn privacy aangetast.” Tegenwoordig is hij er trots op dat hij aan het programma kan meewerken. “Ik vind Six Feet Under zo’n goed programma omdat de makers en ik hetzelfde doel hebben: mensen ervan bewust maken dat een begrafenis niet alleen maar treurigheid hoeft te betekenen. Het kan ook een gebeurtenis zijn die troost biedt, een leven in een context kan plaatsen.” Niet alleen maakt Six Feet Under dankbaar gebruik van Hollywood Forever Cemetery – menig scène werd op het kerkhof opgenomen – naar Cassity’s advies wordt inmiddels ook goed geluisterd. Zo zijn bijvoorbeeld de lompe pogingen van het begrafenisconcern Kroehner om de kleine onderneming van de gebroeders Fisher over te nemen, rechtstreeks ontleend aan de ervaringen van de Cassity’s. “In werkelijkheid heet Kroehner Service Corporation International, een gigantische onderneming die haar klanten het vel over de oren haalt. Het bedrijf is een van de grootste donoren van de verkiezingskas van George Bush. Service Corporation International wordt door onafhankelijke begrafenisondernemers net zo gehaat als in de serie het geval is.”
Cassity is de tegenhanger van de doorsnee conservatieve begrafenisondernemer. Niet alleen voelt hij zich thuis in de vermaakindustrie van Los Angeles, hij wil zijn begraafplaats ook grondig moderniseren. Zijn belangrijkste doel is Hollywood Forever te laten ontsnappen aan de bedompte sfeer van de doorsnee begraafplaats. En dus organiseert hij op Hollywood Forever, midden tussen de grafstenen, jazz concerten, een literatuurfestival en openlucht filmvoorstellingen van klassiekers waarin acteurs figureren die op zijn kerkhof liggen begraven. “Het idee is dat een begraafplaats een plek voor de levenden is. Wij willen dat mensen hier op bezoek komen en op een vredige manier interactie met de doden aangaan. We willen dat dit een plek wordt die niet verdrietig maakt, maar juist troost biedt.” Het Mexicaanse dodenfestival Day of the Dead wordt hier met verkleedpartijen en optochten groots gevierd. Toeristen die de laatste rustplaats van beroemdheden komen opzoeken worden met open armen ontvangen. Maar bovenal probeert Cassity de Amerikaanse begrafeniswereld in het digitale tijdperk te brengen. Hij heeft een nieuwe manier voor het herdenken van overledenen bedacht: de videobiografie. Nabestaanden kunnen materiaal als vakantiefilmpjes, foto’s, brieven of zelfs de bandjes uit een antwoordapparaat aanleveren en een speciale productiemaatschappij, Forever Enterprises, stelt van dat materiaal dan mini-documentaires samen. Het resultaat wordt op de website van het kerkhof geplaatst, maar ook in speciale videozuilen. Her en der op de begraafplaats vind je zogenaamde ‘memorial kiosks’: een soort kleine menhirs waarin een LCD scherm zit verborgen. Als je het scherm aanraakt kun je alle video biografieën die tot nu toe gemaakt zijn – ettelijke duizenden – raadplegen.
“The famous, the rich, the beautiful people, die hoeven zich geen zorgen te maken”, zegt Cassity. “Er zijn professionele biografen die er voor zorgen dat we hen niet zullen vergeten. Wij zijn de biografen voor alle anderen. Andy Warhol dacht dat in de toekomst iedereen gedurende 15 minuten beroemd zou zijn. Dat is onze premisse, alleen het is niet gedurende vijftien minuten. Dankzij onze website blijven de verhalen bestaan. Wij bouwen aan een bibliotheek van levens.”
Waar Hollywood Forever Cemetery nog op de scheidslijn tussen traditionele begraafplaats en pretpark balanceert, daar gaat het concurrerende Forest Lawn Memorial Park die grens ruimschoots over. Als je vijf minuten op het terrein van Forest Lawn rondwandelt, dan is er maar één conclusie mogelijk: hier wordt het kerkhof werkelijk tot vermaak verheven. Forest Lawn is het Las Vegas van de begrafeniswereld. Bij binnenkomst begint het al direct goed: waar anders dan in Californië wordt een begraafplaats kriskras doorsneden door keurig geasfalteerde wegen. Niet alleen heb je vanaf Forest Lawn, gesitueerd in een van de vele buitenwijken van Los Angeles, een fraai uitzicht op de freeway, je kunt ook met de auto over het hele terrein rijden. “See the World’s Greatest Art”, schreeuwt de folder die ik door een vriendelijke employee in handen krijgt gedrukt. “Bekijk… La Pietà – een van de vele exacte reproducties van Michelangelo’s beste beeldhouwwerken.” De bizarre verzameling kitsch en historische voorwerpen die verspreid over het kerkhof wordt tentoongesteld, is haast grenzeloos. Van metershoge standbeelden van George Washington tot een complete replica van een 14de eeuwse Schotse kerk. Van middeleeuwse harnassen tot een gigantisch mozaïek dat de ondertekening van de Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring uitbeeldt. Van Oudgriekse munten tot Leonardo Da Vinci’s Laatste Avondmaal in glas-in-lood. “Waar het origineel langzaam is afgebladderd en door de vele restoraties niet langer meer van Leonardo is, daar heeft het schilderij in Forest Lawn een nieuw leven gekregen”, meldt de begeleidende geluidsband trots. Religie, patriottisme, kunst en kitsch, alles wordt hier zonder enige gene door elkaar gehusseld. Eens per maand, onder de noemer “History Comes Alive”, wandelen tussen de grafzerken acteurs rond die als historische figuren zijn verkleed. President Lincoln, Leonardo da Vinci (voorzien van een Sinterklaasbaard van de allergoedkoopste soort) Montezuma en … ja hoor, zelfs Jezus Christus. Natuurlijk kent deze begraafplaats ook een souvenirwinkel waar pennen, stickers, koelkastmagneten, ansichtkaarten en koekblikken te koop zijn – vanzelfsprekend allemaal voorzien van het Forest Lawn logo.
Forest Lawn mag misschien verbazend (post)modern overkomen, toch bestaat het kerkhof al bijna een eeuw. Het idee van de begraafplaats als vermaakspark ontsproot aan het brein van Hubert Eaton, een cowboy en manusje-van-alles die zich opwerkte tot een van de meest succesvolle begrafenisondernemers van Amerika. Eaton nam Forest Lawn in de jaren dertig over. Hij vond bestaande begraafplaatsen “afzichtelijk en deprimerend” en stelde zich een park voor “met bomen, fonteinen, prachtige standbeelden en gedenkwaardige architectuur waar alle verwijzingen naar de dood zouden worden uitgebannen.” Zijn visie sloeg aan in een stad die gepreoccupeerd is met jeugd en onsterfelijkheid en al snel werd Forest Lawn de meest prestigieuze begraafplaats van Californië. Zo populair was Forest Lawn dat je tegenwoordig verspreid over de hele staat franchises van Forest Lawn vindt. Het ridicule van de hele onderneming werd overigens ook snel herkend. De Britse auteurs Evelyn Waugh en Aldous Huxley parodieerden de begraafplaats in respectievelijk The Loved One (1948) en After many a summer dies the swan (1939).
Op een kerkhof waar de verveling geen kans krijgt, is het vreemd dat de graven zelf behoorlijk saai en eenvormig zijn. Om de look van Forest Lawn te bewaken – en natuurlijk zoveel mogelijk lichamen kwijt te kunnen – zijn grafstenen hier uitgebannen. Ieder graf wordt slechts gemarkeerd met een eenvoudige koperen plaat waarop naam, geboorte- en sterfdatum staan vermeld. Ook van de celebrity-spotters die op Hollywood Forever meer dan welkom zijn, moet men hier niks hebben. Het bezoeken van graven van beroemdheden wordt ‘smakeloos’ gevonden. Dus geen plattegrond van beroemde lijken in de giftshop. Fans die willen weten waar beroemdheden als Humphey Bogart, Spencer Tracy, Clark Gable, Walt Disney en Jimmy Stewart liggen zijn aangewezen op internet. Op websites als Find-a-grave.com of Seeing-Stars.com zijn gedetailleerde aanwijzingen te vinden waarmee je beroemde graven kunt lokaliseren. Word je echter met een uitgeprinte webpagina betrapt, dan word je zonder pardon het terrein afgezet, zo waarschuwen de websites.
Wanneer ik een paar uur over de begraafplaats heb gewandeld volgt wellicht de grootste verrassing van Forest Lawn: de bezoekers. Net zoals in Disney World bezoekers zich met Mickey Mouse t-shirts en maskers aanpassen aan hun omgeving, zo gebeurt dat ook in Forest Lawn. Toevallig wordt er net iemand ter aarde besteld. De genodigden lijken eerder op weg naar een nachtclub dan naar een uitvaartdienst. Geen saai, ingetogen zwart, maar roze zonnebrillen, modieuze mantelpakjes, veel make-up en zelfs minirokjes bepalen het beeld. Maar misschien zijn dit helemaal geen rouwenden: Forest Lawn is namelijk ook een populaire plek om te trouwen. Maar liefst 60.000 mensen zijn hier in de afgelopen decennia in de echt verbonden, waaronder beroemdheden als Ronald Reagan en Amerika’s populairste quizmaster Regis Philbin.
Alles aan Forest Lawn wekt de lachlust op: de genadeloze, ongegeneerde commercie, de kitsch, de trendy bezoekers, het gezwollen taalgebruik en de met veel bombast gepresenteerde kunstvoorwerpen. Daardoor wordt het wel heel makkelijk te vergeten dat dit geen pretpark is, maar wel degelijk een echte begraafplaats waar echte mensen liggen begraven. Nergens wordt de ongemakkelijk makende spanning tussen hilariteit en droefheid duidelijker dan in het deel van de begraafplaats waar kinderen liggen begraven. Babyland is een veldje in de vorm van een hart met in het midden een groot Disney World-achtig Assepoester kasteel. Ik proest het uit van het lachen wanneer ik Babyland nader, maar als ik een tijdje heen en weer heb gelopen en al die graven van kinderen die vaak niet langer dan een paar dagen hebben geleefd heb bekeken is het lachen me wel vergaan.
Jeroen van Bergeijk
|